Van eclectisme naar modernisme in Bosvoorde
Wanneer Watermaal-Bosvoorde zich losmaakt van Oudergem in 1863 en zich ontwikkelt, is het concept van “natuurlijke site” op de agenda. Het bracht Charles Buls ertoe in 1874 te zeggen dat “de openbaring van de schoonheden der natuur” een van de karakteristieke kenmerken van deze periode was. De nabijheid van het Zoniënwoud, met zijn uitzichten en wandelpaden, zal opdrachtgevers en architecten naar Watermaal-Bosvoorde trekken, met zijn stedenbouwkundige ontwikkeling tot gevolg. Het idee van plattelandsleven zal gaandeweg op andere manieren worden geïnterpreteerd door de architecten in de aanloop van de 20ste eeuw. De hoge eclectische en pittoreske gebouwen, zullen binnenkort vervoegd worden door art-deco- en modernistische huizen van belangrijke figuren uit de Belgische architectuur van het interbellum: Antoine Pompe, Gaston Brunfaut, Louis Tenaerts, Stanislas Jasinski, Jean Jules Eggerickx ou encore Gaston Eysselinck. We zullen ook wandelen langs de Logis-Floréal, een pittoreske tuinwijk, vooraleer we kennismaken met het huis van de architect die het ontwierp: Jean Jules Eggericx.